Martine en Jan Willem Zeilstra realiseren droom met kaasmaken op Terschelling

Een grote loods op het bedrijventerrein van West Terschelling wordt omgebouwd tot een kaasfabriek. Dat is niet direct een locatie die je verwacht voor een kaasfabriek. Maar hier realiseren projectleider Jan Willem Zeilstra en directeur Martine Zeilstra hun droom door op het eiland de melk van de boeren van Terschelling te verkazen en als speciale kaas te verkopen. Ze zijn 16 jaar geleden in Oosterend een kaasfabriek begonnen waar ze biologische Terschellinger Kaas (merknaam) zijn gaan maken, zie www.terschellingerkaas.nl. De melk voor die kaas komt van twee biologische boerenbedrijven waar niet alleen biologisch geboerd wordt, maar waar ook oog is voor natuur en milieu. De koeien eten alleen gras. “Er wordt geen mais gevoerd en geteeld omdat dat een slechte invloed heeft op de smaak van de kaas”, zegt Jan WIllem. Vijf jaar geleden hebben ze de kaasfabriek op Oosterend verbouwd, maar die is te klein om alle melk van het eiland te verkazen. 

Door Chris Zeevenhooven 

“Zou het niet veel gezonder zijn alle melk die op het eiland gemolken wordt om te zetten in kaas. Dan hoeft de melk niet naar de wal gebracht te worden en dan kan de bijzondere kwaliteit van de melk gebruikt worden in een uniek product, kaas van Terschelling”, droomde Martine. Vanuit die gedachte zijn Martine en Jan Willem aan de slag gegaan om zo’n 7 miljoen liter melk tot kaas te kunnen maken. Er zijn naast de twee biologische boeren nog negen boeren met een gangbaar bedrijf (grotere veedichtheid en met gebruik kunstmest), die allemaal mee gaan doen met het realiseren van de droom. Met een paar maanden moet de kaasfabriek gaan draaien en na enige tijd moeten de eerste kazen met het merk van Vogelbescherming onder de naam Skylgerkaas in de winkels liggen. 

Vogelbescherming doet mee met project Polderpracht

“Met Polderpracht wil Vogelbescherming Nederland van de Terschellinger Polder een waar vogelparadijs maken. Samen met boeren, kaasmakers en ondernemers laten zien dat je ook op een duurzame manier kan boeren”, zegt Gerrit Gerritsen van Vogelbescherming. Het gaat niet goed met de weidevogels in Nederland. Vogelbescherming is met projecten op vier kerngebieden aan de slag om te proberen het tij te keren. Een van die kerngebieden is op de Waddeneilanden. De Postcodeloterij ondersteunt het project met 2.3 miljoen euro. Alle boeren op Terschelling doen mee met het project om zo goed mogelijke voorwaarden te bieden voor de weidevogels. Zo kunnen de boeren pas half juni voor de eerste keer maaien. Daarnaast zijn er nog relatief veel natuurlijke kruidenrijke graslanden (18% van het totaal areaal grasland). Met het geld van de Postcodeloterij zijn onder andere rentevrije leningen verstrekt. Begin 2020 publiceert Vogelbescherming resultaten van de projecten in verenigingsblad Vogels. Het aantal weidevogels vermindert nog steeds, ook in de kerngebieden, maar een project als op Terschelling helpt wel degelijk om weidevogels een betere kans te geven. Doordat boeren meedoen en daarmee ook een betere prijs voor de melk krijgen, kan iedereen meeprofiteren. De consument moet er met de portemonnee wel wat voor over hebben. De kaas is iets duurder. 

Friesland Campina bracht de boeren aan tafel

Friesland Campina heeft het voortouw genomen om de boeren aan tafel te krijgen en tot een gezamenlijk plan te komen. Na een aantal overlegronden staat er een handtekening van alle boeren onder het plan. Jos Uiterwaal heeft de overleggen gevoerd. Het lijkt eenvoudig om de negen boeren van het eiland, die hun melk al aan Friesland Campina leveren mee te laten doen aan zo’n project. Uiterwaal zegt dat iedere boer een eigen bedrijfsvorm heeft. “Ieder boerenbedrijf is een uniek bedrijf, het gaat over aantallen beesten, hectares grond, wat voor voer en de beschikbaarheid van de grond ten opzichte van de boerderij. Dat maakt het uniek dat al ‘onze’ 9 gangbare boerenbedrijven meedoen met dit project”.  De kaas wordt in opdracht van Zijerveld uit Bodegraven, een dochteronderneming van Friesland Campina, gemaakt en gedistribueerd. Door het netwerk naar de markt is de kans het grootst dat het project een succes wordt. Martine zegt dat er meer van dit soort projecten bedacht worden zodat boeren met minder vee toch een inkomen kunnen verdienen. Meer initiatieven willen een eigen kaasmerk, maar het moet wel verkocht kunnen worden. Het moet op de markt gebracht worden, want die kaas wordt wel duurder dan de kiloknaller die ook in de supermarkt ligt. Maar door de steun van Friesland Campina verwachten alle partijen er veel van. Uiterwaal ziet toekomst in meer regionale producten. Het is goed voor de boeren en voor Friesland Campina. Hij ziet de trots van de boeren op Terschelling groeien door de waardering die ze krijgen voor hun werk en de zorg voor natuur, milieu en de weidevogels. “Als dit een succes wordt dan heeft iedereen daar baat bij.”