ARNHEM – Het motto van Ria de Vries, raadslid van de Arnhemse PvdA “Je ziet het pas als je er zelf bij bent” brengt ze op haar terrein in praktijk. Ze heeft onder andere het beleid rond opvang van daklozen in haar portefeuille. Regelmatig komt ze bij het Stoelenproject, waar ze diensten heeft meegedraaid en bij de opvang van Iriszorg aan de Remisestraat. Bij Iriszorg is ze een minder graag geziene gast, vermoedt Ria. Vooral als ze ’s avonds laat met haar auto een dakloze komt brengen die om 22.30 uur geweigerd is bij het volle Stoelenproject.
Door Annemarie van Harten
Het Stoelenproject voor daklozen is op dit moment de langstlopende voorziening in Arnhem met nog immer dezelfde naam en bijna dezelfde opzet. De stoelen zijn al in de jaren ’90 vervangen door matrassen. Nog altijd wordt de opvang gedragen door vrijwilligers, met ondersteuning van een beroepskracht. De meeste daklozen komen er graag en voelen zich welkom, ondanks het ontbreken van luxe. Ze mogen pas laat in de avond naar binnen en moeten alweer vroeg in de ochtend, om 8.00 uur de straat op. “Dat mensen ons opvangen zonder ervoor betaald te worden geeft ze een streepje voor op betaalde opvangmedewerkers, zoals de mensen die bij Iriszorg werken” vertelde een aantal daklozen.
Ria de Vries kent de inhoud van het coalitieakkoord als geen ander. In dit akkoord staat als harde afspraak dat er niemand ongewild op straat zal slapen. Daarom vertrekt ze niet voordat de medewerkers van Iriszorg haar beloofd hebben dat de dakloze die ze bij de Remisestraat bezorgt een kamer voor de nacht krijgt. Het komt voor dat ze de dag erop hoort dat de betreffende man, na haar vertrek, alsnog de straat is opgestuurd. Dit motiveert haar om nóg alerter haar werk te doen.
Hoe benadert de gemeente zieke daklozen?
Onlangs heeft de Vries schriftelijke vragen gesteld aan Burgemeester en Wethouders. PvdA wethouder Martien Louwers is verantwoordelijk voor het beleid rondom deze kwetsbare groep mensen. Het raadslid wil weten hoe het gesteld is met daklozen die de nacht buiten doorbrengen. Zijn dit zorgmijders? Zo niet, hoe wil de wethouder het voor elkaar zien te krijgen dat deze mensen weer ergens binnen komen en is het college bereid om arbeidsmigranten (in de meeste gevallen Poolse arbeidskrachten die zonder werk zijn komen te zitten en door het gebrek aan geld hun onderdak zijn kwijtgeraakt) zo snel als mogelijk van de straat af te helpen? Hoe denkt het college over zieke daklozen, in deze tijden van corona, die niet alleen ’s nachts maar ook overdag een bed nodig hebben. Hoe worden deze mensen überhaupt bereikt?
“Op papier is alles mooi”
In diverse lokale media (de Gelderland, Omroep Gelderland) verschenen berichten die de indruk gaven dat er weinig aan de hand is. Er zijn geen daklozen met corona. Daarbij zouden alle daklozen die dit wel willen een (corona) veilig onderdak hebben. Concreet wordt er gesproken over plaatsen op een cruiseschip, kamers in hotels, een eigen kamer in de Remisestraat en eerdere toegang tot een sociale huurwoning. Zoals bij ieder nieuw college is het mantra “ niemand ongewild op straat “. Natuurlijk is dit toe te juichen, maar zoals een inmiddels overleden dakloze man ooit zei: ”Op papier is alles mooi”. In de afgelopen jaren is er steeds meer dagopvang wegbezuinigd. Wie weet nog dat er een drugsoos was, een drankkeet en een dagopvang waar mensen met psychiatrische problematiek welkom waren. Nu worden veel van deze mensen ‘te bewerkelijk ‘ genoemd. Er zijn particuliere initiatieven waar deze mensen welkom zijn, ook wanneer ze met koorts liggen te hoesten op de bank. Goed dat deze opvang er is, maar in de cijfers van de gemeente komen deze mensen op die locaties niet voor. Ria de Vries wil dat ze in beeld komen, maar maakt zich over Covid niet al te druk. Zij vermoedt dat daklozen minder vatbaar zijn door het buitenleven. De bacteriën en virussen die ze tegenkomen zouden minder vat op hen hebben dan op keurige burgers in hun warme huizen die zich iedere dag douchen en hun omgeving bacterie vrij houden. Wie kent niet het verhaal over een zieke dakloze die in het ziekenhuis belandde, flink werd schoongeboend en overleed aan de bacteriën die hem besprongen nu hij niet meer beschermd werd door de laag vuil en vet die een veilige laag om zijn lichaam vormde. Ook vanuit opvanglocaties klinken geen alarmerende signalen over corona.
Straatdokters, aanspreekpunt voor medische basiszorg
Hebben daklozen inderdaad een wonderlijk sterk immuunsysteem of is er in de cijfers sprake van onder-score? In een artikel van Medisch Contact uit 2020 wordt een onderzoek beschreven van de Nederlandse Straatdoktersgroep in samenwerking met het Radboud UMC. De Nederlandse Straatdoktersgroep is opgericht in 2014. Straatdokters en verpleegkundigen werken in een aantal grote steden. Hun werkwijze bestaat uit de volgende methode: Ze treden op als aanspreekpunt en vraagbaak voor medische basiszorg aan dak en thuislozen. Ze verzamelen gegevens over deze groep en hun verhouding tot medische zorg. Ze publiceren onderzoek, trends en brengen alarmsignalen onder de aandacht. Ze verzorgen lezingen, interviews en mediaoptredens, workshops, nascholing en symposia. De dokters dragen bij aan het publiceren van richtlijnen ter verbetering van de toegang en kwaliteit van sociaal-medische zorg voor dak- en thuislozen en ontwikkelen onderwijs materiaal. Ook bundelen ze krachten voor politieke aandacht. Ze maken zich hard voor een (inter) nationaal netwerk van Straatdokters en verpleegkundigen. Boven alles houden ze inloopspreekuren voor daklozen die geen eigen huisarts hebben, of daar niet terecht kunnen.
Kan de opvang corona maatregelen handhaven?
In een periode van zes maanden, van maart tot september werd een groep van 376 mensen gevolgd. Het ministerie van VWS liet tweewekelijks rapporteren of er sprake was van corona besmettingen én of er reden is tot zorg, welke vertaald zou moeten worden in aanvullend beleid. In het halfjaar dat de daklozen gevolgd werden werd een kwart van hen door de straatdokters verdacht van corona. Acht procent testte positief en één persoon overleed op de IC. Straatdokter Igor van Laere , voornamelijk werkzaam in Noord-Brabant en Amsterdam maakt zich, ondanks dat corona niet wijdverbreid lijkt onder daklozen, zorgen. Kan men zich in de opvang aan de algemene hygiëne maatregelen houden? Zijn opvangmedewerkers voldoende medisch geschoold? Terwijl de sociale zorg voor daklozen meestal de focus heeft, geldt dat voor de medische zorg helaas niet.
Straatdokters vragen een actiever beleid van gemeenten
De ongedocumenteerden , de ‘bankslapers’ zijn onvoldoende in beeld. In een ander onderzoek uit 2021 worden daklozen gezien als hoog-risico groep, voor Covid met complicaties. De preventieve gedragsmaatregelen zijn voor hen lastig na te leven. Als meer specifieke risicogroepen worden mannen met co -morbiditeit genoemd. COPD, hoge bloeddruk en overgewicht. Ook lopen migranten van buiten de Europese Unie extra risico. Eén vijfde van positief geteste personen belanden in het ziekenhuis. De Straatdokters hameren erop dat daklozen vaker moeten worden getest. Ook willen zijzelf graag eerder door gemeentes betrokken worden bij beleid wat ontwikkeld wordt voor medische hulp. Ook willen ze op dit moment ingeschakeld worden om zieke dak- en thuislozen te kunnen behandelen. Vooral nu, in de nieuwe golf, waar we ons op dit moment in bevinden, willen de Straatdokters ingeschakeld worden. Betrek de dokters bij het gezondheidsbeleid. Zorg voor eenduidige richtlijnen voor medische hulp. Wees duidelijk in de communicatie van preventieve maatregelen. Test véél vaker dan nu het geval is en kom als gemeente met alternatieven voor onveilige of ontbrekende dagopvang. Kleinschalige 24-uurs opvang wordt met klem geadviseerd om rust te brengen en vooral: Garandeer blijvende toegang tot medische hulpverlening.
De praktijk van dag en nacht is weerbarstig
Ria de Vries ondervindt in Arnhem regelmatig het probleem dat daklozen niet geholpen kunnen worden. Er zijn zeker een aantal welwillende huisartsen waar ze met daklozen naartoe gaat. Maar door de beperkingen van de opvang en de regels van de gemeente, kunnen daklozen vaak moeilijk behandeld worden. Soms ontbreekt een postadres, en meestal zijn er geen bedden in de nachtopvang waar iemand voor een paar weken dag en nacht een bed kan krijgen om te herstellen. Een wekenlang verblijf in een ziekenhuis is, ook voor burgers met een huis, allang niet meer gangbaar. In dezelfde jaren ’90, eerder genoemd in dit artikel, stelde het Arnhemse Kohlman huis nog weleens kamers ter beschikking aan ernstig zieke daklozen. Maar dat gebeurt nu niet meer.
Een Straatdokter aanstellen in Arnhem?
Voor nu is het wellicht een idee om ook in Arnhem een Straatdokter in dienst te nemen. Iemand die onafhankelijk werkt van welke organisatie dan ook. Binnen zonder afspraak, outreachend, met een tas vol vaccinaties en medicijnen. In Nijmegen werkt er een. Misschien kunnen we hem een paar dagen per week lenen.