Anno 2020 worstelen veel gemeenten met de vraag hoe ze bewoners meer en beter kunnen betrekken bij het beleid. In het Arnhemse Klarendal werd vanaf 2001 al geëxperimenteerd met een vorm van directe democratie via het project ‘Klarendal Kom Op’. Dat project was een vervolg van een ander succesvol project waarbij samen met bewoners oplossingen gezocht werden voor problemen in de wijk: de wijkpost.
Door: Patrick Arink
Klarendal was eind jaren tachtig een van de grotere achterstandswijken van Nederland. Er was hoge werkeloosheid en veel armoede achter de voordeur. Op straat werd gedeald en gebruikt door verslaafden. De criminaliteit was alom aanwezig.
Dertig jaar later is daar niets meer van terug te zien. De wijk is veranderd in een levendige en bruisende volkswijk waar het Modekwartier tegenwoordig zorgt voor landelijke uitstraling.
“Het beeld is echt gekanteld”, zegt opbouwwerker Rob Klingen tevreden. “Niemand heeft het nu nog over Klarendal als probleemwijk.”
Het fundament voor dat succes werd gelegd in 1990. Bij de gemeente Arnhem was op dat moment duidelijk dat er maatregelen genomen moesten worden om de problemen in de wijk aan te pakken. In eerste instantie was het idee om een politiepost te vestigen in de wijk. Dat was ook de wens van veel wijkbewoners.
Ambtenaren wisten de wijkbewoners te overtuigen dat het inrichten van een wijkpost meer effect zou hebben.
Zeevenhooven: “Door een wijkpost in te richten, konden we meer doen dan alleen handhaven op overlast en criminaliteit. De gemeente moest zich ook in de wijk laten zien. Niet alleen de politie. Met een wijkpost hadden we een gemeentelijke voorziening waar mensen uit de wijk terecht konden met al hun vragen en problemen. We hebben in die tijd nooit gedacht aan directe democratie. Voor ons was de wijkpost een plek waar mensen terecht konden.
Samenwerking met de politie was er wel.
Rob Klingen: “De politie was zelf ook niet zo enthousiast over een politiepost in de wijk. In de wijkpost hield de politie spreekuur. Er kwamen veel mensen langs. We hoorden het daardoor meteen als we niet op het goede spoor zaten. De formule van de wijkpost in Klarendal was een succes. We zaten dicht op de mensen.”Zeevenhooven: “Omdat we klachten goed afhandelden, daalde het aantal meldingen. De gemeentelijke dienstverlening werd beter.”
Spin in het web
Omdat de wijkpost in Klarendal succesvol was, besloot de gemeente Arnhem het idee uit te rollen over de stad. Veel wijken in Arnhem kregen een wijkpost die geënt was op de wijkpost in Klarendal. Uiteindelijk kwamen er acht.
Zeevenhooven: “We zijn begonnen in de andere achterstandswijken in Arnhem, zoals Malburgen, Het Broek, de Geitenkamp en Presikhaaf. Na verloop van tijd hadden andere wijken in Arnhem ook hun eigen wijkpost. Het waren er zeker acht.”
Net zoals in Klarendal, functioneerden de wijkposten in Arnhem als een spin in het web van de gemeentelijke dienstverlening. Overal in Arnhem bleek de wijkpost een succes. Dat was ook goed voor de instanties zelf, aldus Zeevenhooven:
“De instellingen die aan de wijk werkten, konden elkaar eerder vaak niet goed vinden. De wijkpost was de plek waar de lijnen kort waren en dingen dus snel verholpen konden worden.”
De doelstelling van de wijkposten was om de kloof tussen burger en gemeente te verkleinen.
“Natuurlijk los je met een wijkpost zoiets als werkeloosheid niet op. Maar er werd wél gewerkt aan de wijk. Mensen merkten dat aan hoe de wijk zich ontwikkelde. En dat werkte positief.”
Dat ging overigens wel gepaard met de nodige meningsverschillen tussen wijkbewoners en professionals in de wijkpost, want daar kwamen bewoners en professionals elkaar tegen.
Zeevenhooven: “Ik kwam laatst een oude bewoner uit het Broek tegen. Die zei: ‘We hadden een leuke tijd toen.’ Ik antwoordde haar dat we vaak meningsverschillen met elkaar hadden. Zij zei toen: ‘Ja, maar het was wel gezellig.’”
Van wijkpost naar wijkwinkel
Eind jaren negentig leken de wijkposten aan hun succes ten onder te gaan. Omdat het aantal klachten en meldingen afnam, werd tijdens een gemeentelijke bezuinigingsronde besloten de wijkposten op te heffen. In met name Klarendal werden de plannen omgebogen. In plaats van de wijkpost werd het een wijkwinkel.
Zeevenhooven: “De gemeente had voor klachten een centraal meldingsnummer georganiseerd. De wijkwinkel was geen servicepunt meer. In Klarendal werd de wijkwinkel een brandpunt voor directe democratie. Daar kwamen de wijkbewoners in formele overleggen zoals het wijkplatform en werkgroepen, maar ook informeel bij elkaar”
Wijkmanager Chris Zeevenhooven en opbouwwerker Rob Klingen gaven samen met bewoners en beroepskrachten uitvoering aan het project ‘Klarendal kom op’.
Klarendal was nog altijd een probleemwijk met veel drugscriminaliteit. Doel van ‘Klarendal Kom Op’ was om die problemen aan te pakken. De sleutel voor succes was daarbij samenwerking met de wijk. De wijkwinkel was daarvoor het nieuwe middel.
“We kregen ruimte om andere dingen te doen”, herinnert Zeevenhooven zich. “Er was geen dag dat de wijkwinkel niet bezet was.”
Een van de onderdelen van ‘Klarendal Kom Op’ was het opstellen van een wijkvisie, samen met de bewoners. Die wijkvisie kwam, samen met alle ervaringen rondom inspraak en directe democratie, goed van pas toen Klarendal in 2007 de status kreeg van Vogelaarwijk. Vanuit Den Haag kwamen er ruime financiële middelen om in veertig probleemwijken in Nederland sociale en economische problemen aan te pakken.
Het Vogelaar-project stopte in 2010. “Maar”, zegtRob Klingen. “Omdat we in Klarendal een financiële buffer hadden opgebouwd, hebben we nog twee jaar lang extra dingen kunnen doen. Daarna was het geld echt op.”
Rob Klingen: “Na afloop is onderzoek gedaan naar het succes van de Vogelaargelden. Klarendal en Malburgen waren de meest succesvolle wijken van heel Nederland. Een van de redenen daarvoor is dat we in Arnhem via de wijkposten en later de wijkwinkels al een goede infrastructuur hadden.”
De wijkwinkel in Klarendal is inmiddels alweer wat jaren gesloten. Er kwam een andere manier van werken.
Klingen: “De gemeente heeft lang in het midden gelaten wat ze gingen doen, maar uiteindelijk is besloten de wijkwinkel te sluiten en de opbouwwerker onder te brengen in het naar mijn mening megalomane MFC.”
Zeevenhooven aanvullend: “Het MFC in Klarendal is een bedrijfsverzamelgebouw geworden waar de wijk niet zo veel aan heeft.”
Zeevenhooven en Klingen staan niet alleen in hun kritiek over de andere manier van werken. Cultuurpsycholoog Jos van der Lans schreef afgelopen jaar het artikel ‘Het Gelijk van Vogelaar’, waarin hij de huidige wijk-ontwikkelingen in Nederland tegen het licht houdt.
“Alles wat de Vogelaar-wijkenaanpak wilde bestrijden, dreigt nu opnieuw de kop op te steken”, schrijft Van der Lans. “In gebieden met een hoge concentratie corporatiewoningen gaat de leefbaarheid achteruit, verdwijnen de mensen met een middeninkomen, groeit de overlast, nemen de gezondheidsverschillen toe en worden kwetsbare mensen min of meer op een hoop gedreven.”
Mocht de gemeente Arnhem komende jaren de wijkwinkel in Klarendal toch weer willen openen: hoewel het pand inmiddels een andere functie heeft, staat het woord ‘wijkwinkel’ nog altijd op de gevel.