‘Vrijwilligers zijn waardevol en onmisbaar voor ons. Zonder hen kunnen we niks.’

Home Start coordinator Sakine Akdag (rechts) en vrijwilliger Jacomien Haaijer Foto@RinusBaak

Twintig jaar al coördineert Sakine Akdag onder de vlag van Rijnstad het programma Home-Start: gezinsondersteuning voor Arnhemmers met kinderen tot 12 jaar. Bijgestaan door een groep trouwe vrijwilligers maakt ze het leven van kinderen en ouders met milde problematiek een beetje lichter. Maar de laatste jaren wordt de poule vrijwilligers waar ze een beroep op kan doen kleiner en dreigt er een tekort. Sakine maakt zich zorgen. “Voor zo’n laagdrempelige voorziening als Home-Start moet je geen wachtlijsten hebben.”

door Hilde Wijnen

“Vrijwilligers zijn waardevol en onmisbaar voor ons. Zonder hen kunnen we niks.” Sakine Akdag is blij met haar vaste ploeg, daar hoeft geen misverstand over te bestaan. Andersom is dat ook zo. De meeste vrijwilligers blijven lang bij Home-Start, het record is dertien jaar. Toch is de groep momenteel behoorlijk uitgedund. Sakine: “Ik had altijd tussen de 21 en 25 vrijwilligers, maar nu zijn het er een stuk of 18. Dit heb ik nog nooit meegemaakt. Mensen moeten meer uren maken om hun vaste lasten te kunnen betalen en hebben geen tijd meer voor vrijwilligerswerk. Ook de pandemie heeft veel gedaan.”

Klik

Een van de vrijwilligers die er tot Sakines tevredenheid niet over piekert om te stoppen is pensionada Jacomien Haaijer. Samen vertellen ze wat het inhoudt om te werken als gezinsondersteuner bij Home-Start. “Het eerste contact wordt gelegd door Sakine,” begint Jacomien. “Als ze een aanvraag binnenkrijgt, gaat zij na welke vrijwilliger het beste bij het gezin past. Daarna gaan we samen op kennismakingsgesprek om te kijken: is er een klik?” Sakine, met klem: “Die klik is zeer belangrijk. Je kunt niet zomaar mensen plaatsen. Nieuwe vrijwilligers krijgen eerst een introductiecursus. Op die manier kunnen ze ervaren wat Home-Start is. En als coördinator kan ik tijdens de lessen kennis met ze maken.” Jacomien: “Het zou leuk zijn als er wat jongere vrijwilligers bij komen. Soms kom je in een gezin en dan zie je: deze moeder heeft gewoon een vriendin nodig. Tja, dat ben ik niet. Daarvoor is het leeftijdsverschil te groot.”

Zelfredzaamheid

Een maatje, een luisterend oor, een vraagbaak, een extra paar ogen, een raadgever, een steuntje in de rug, de vrijwilligers van Home-Start zijn van aardig wat markten thuis. “Wat we niet doen is oppaswerk of helpen in het huishouden,” zegt Sakine. “Zelfredzaamheid vinden we belangrijk. De regie ligt bij de ouders, meestal de moeder. Zij weet waar behoefte aan is. Ook zijn we geen hulpverleners. We adopteren geen problemen. We geven handvatten.” Jacomien vult aan: “Je kunt tips en advies geven, maar het is aan het gezin zelf om er wat mee te doen.”

Fris blijven

Home-Start ondersteunt zo’n 35 à 40 gezinnen per jaar. Een traject duurt ongeveer een jaar. De groep is heel divers: alleenstaande moeders met opvoedvragen, gezinnen die pas in Nederland zijn komen wonen en het systeem nog niet kennen, mensen die net verhuisd zijn en geen netwerk hebben. “We beginnen altijd met: wat heb je nodig? Wat vind je prettig? Soms zit je lang te praten met een moeder, soms gaat het om opvoedkwesties en dartelen ook de kinderen rond,” vertelt Jacomien. “Als de nood hoog is, komen we wekelijks, maar dat hoeft niet.” Sakine: “Er ligt geen recept klaar. Het wordt iedere keer anders opgepakt. Dat vind ik een van de leukste dingen aan dit werk. Ik leer er nog steeds van. Iedereen heeft een andere achtergrond, een andere cultuur. Hoe benader je iemand? En hoe bereik je iemand? Door die vragen steeds opnieuw te stellen blijf je fris.” Met een lach: “Door dit werk kan ik inmiddels met iedereen contact maken!”

Band opbouwen

“Het aardige is ook dat je een band opbouwt met een gezin,” vindt Jacomien. Sakine beaamt: “Mensen nemen je in vertrouwen. Je bent er voor hen. De waardering die je daarvoor terugkrijgt, geeft veel voldoening. Je komt niet als een schooljuf binnen. Nee, ik kom binnen als Sakine en ga gewoon een gesprek voeren. Het kan heel klein zijn: hoe gaat het? Dat alleen al! Waar het om gaat is dat er geluisterd wordt.”

Eens in de zes tot acht weken komen de vrijwilligers bij elkaar voor een intervisiegesprek. “Ook met elkaar krijg je een band. Je leert elkaar echt kennen door die bijeenkomsten,” vertelt Jacomien. “Er is veel expertise in de groep.” Sakine: “We delen leuke en minder leuke dingen met elkaar. We geven elkaar tips en adviezen en we wisselen ervaringen uit. Het is heel leerzaam.” Jacomien illustreert: “Sommige vrijwilligers zijn bijvoorbeeld zo enthousiast dat ze op moeten passen dat ze niet over hun grenzen gaan. Je moet niet met de problemen van je gezin gaan slapen, dat is niet de bedoeling.” Sakine knikt: “Dat is mijn taak, grenzen bewaken.”

In jezelf geloven

Niet alle gezinnen staan open voor verandering en soms is er ook meer aan de hand dan in eerste instantie gedacht werd. Jacomien: “Dan koppel ik dat terug.” Sakine: “Home-Start werkt preventief. Wij voorkomen dat kleine problemen groot worden. Maar soms is het al geëscaleerd. We hebben ook een signaleringsfunctie en werken nauw samen met de wijkcoach.” Maar wanneer een gezin de samenwerking met Home-Start wel aangaat, kan dat mooie dingen opleveren, vertelt Jacomien: “Zoals ontdekken dat een kind niet in zijn eigen kamer durft te slapen omdat het zich niet veilig voelt en dan samen die kamer aanpassen, zodat het wel lukt. Of horen dat de moeder van een van de gezinnen waar ik kwam onlangs aan een studie is begonnen. Zo goed! Zij kan meer, dacht ik de hele tijd, en nu doet ze het ook!” Sakine: “Home-Start heeft een visie: zolang een moeder zich niet lekker in haar vel voelt, gebeurt er niks.” Jacomien: “Het is zo belangrijk om in jezelf te geloven!”